De elementen in deze metafoor zijn de burcht – waar de metafoor naar is
genoemd - , de stad, en het land daar weer omheen. Het gaat in deze metafoor vooral
om de stad. Daar wordt geleefd, gewerkt, handel gedreven. In de stad is het
relatief veilig: er staan muren omheen. Buiten de muren van de stad is van
alles mogelijk (de digitale wereld), en daar is het onveilig. Je moet laten
zien wie je bent als je de stad ingaat. De poorten staan open, want er is verbinding
tussen stad en wereld: er is interactie. In de stad staat een burcht: de
kernsystemen van de instelling. Privacygevoelige informatie, managementinformatie,
etc. Het hoeft niet zo te zijn dat de info zelf (servers) in de burcht staan.
De hamvraag: wat plaats je waar? Want deze eenvoudig te begrijpen
metafoor laat nog veel mogelijkheden toe over wat je nu exact in de Burcht gaat
doen, en wat in de stad. elke instelling kan hier verschillende keuzen in maken.
De relevante vragen die hierbij kunnen helpen, zijn: je wilt snel toegang tot
gegevens met hoge kwaliteit. En/of je wilt gebruikers maximale vrijheid geven. En/of
je wilt voldoen aan wet/regelgeving. En/of je wilt efficiënt omgaan met je middelen.
En/of je wilt de risico’s beheersen. Deze vragen kun je loslaten op
inhoudelijke thema’s als: gegevensbeheer, archivering, informatiebeveiliging.
De moraal van het verhaal: het draait niet alleen om ICT, maar om de
afspraken hoe we met info omgaan: over processen dus. Het is niet iets wat de
afdeling ICT alleen kan doen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten